(329 woorden) Waarschijnlijk is er geen enkele familie in Rusland die niet geraakt zou worden door de koude vleugel van de Grote Patriottische Oorlog. Voor of achter, onze voorouders deden hun uiterste best en deden het onmogelijke om ons een wolkenloos leven te bezorgen. Velen van hen offerden zich op in de naam van hun vaderland.
Mijn familie had geen frontsoldaten. Mijn overgrootmoeder van vaders kant was een verweesde tiener toen de oorlog uitbrak. Ze werkte aan de achterkant voor slijtage, in de brandende hitte van het slepen van melk op een kar met een stier. Voor haar was het dubbel zo moeilijk, want voor de oorlog had het meisje beide benen verloren en in plaats van haar onderbenen prothesen. Maar ondanks haar handicap stond ze niet opzij, ze moest samen met iedereen werken voor de overwinning. Haar toekomstige echtgenoot was te jong om te bellen, maar nam actief deel aan de partijdige strijd. Mijn overgrootvader van moeders kant was kunstenaar, dus hij ging niet naar het front, maar bleef een medewerker van het ideologische front. Hij werkte in een theater. Sommigen denken misschien dat de artiesten aan het rommelen waren terwijl anderen aan het vechten waren. Maar ik denk dat ook hun bijdrage aan de overwinning van onschatbare waarde is. Het was het 'ideologische front' dat de vecht- en werkgeest van het volk ophief, en degenen die achterin en aan het front vochten hielp om niet op te geven. Overgrootvader heeft, samen met zijn overgrootmoeder, zijn vrouw, kinderen grootgebracht, alles in het werk gesteld zodat ze niets nodig hadden en groeide op als goede mensen. Naar mijn mening is dit in moeilijke oorlogstijd ook een soort prestatie.
Ongeacht de aard van de strijd, of het nu de voorkant, de achterkant of ideologische propaganda is, de bijdrage van elk gezin aan de algehele overwinning kan niet worden overschat. Ik ben trots op mijn oma, die jaren achter de rug hard heeft gewerkt voor de jeugd. Ik ben trots op mijn grootvader, die onvermoeibaar in het theater werkte om de moed van zijn medeburgers te behouden, en op zijn minst een beetje plezier en vreugde in het moeilijke oorlogsleven bracht. Terugkijkend op meer dan een halve eeuw geleden, op wat onze families moesten doormaken, begrijp ik dat veel van onze "problemen" tegenwoordig niet vergelijkbaar zijn met echte moeilijkheden. En in plaats van op te geven, moeten we het voorbeeld van moed en moed van de generatie van overwinnaars in gedachten houden - helden die altijd bij ons in ons hart zijn.